Rechtbank Den Haag beslist dat belanghebbende in Nederland woont en zijn inkomsten als advocaat bij het ICC en de STL door hem als binnenlands belastingplichtige zijn genoten en belast zijn als ROW.
Belanghebbende (X) verblijft vanaf 2009 met zijn vrouw en twee minderjarige kinderen in Nederland. Hij werkt hier als advocaat bij het Internationaal Strafhof (ICC) en de Special Tribunal for Libanon (STL). In de aangifte IB 2014 vermeldt X zijn inkomsten als vrijgesteld loon. Voor dat jaar wordt een nihilaanslag opgelegd. In de jaren 2015 en 2016 geeft hij de desbetreffende inkomsten weer als vrijgesteld loon aan. De inspecteur belast deze echter als ROW.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat X in de jaren 2015 en 2016 hier met zijn vrouw en kinderen woonde, en alhier werkzaamheden heeft verricht voor het ICC en de STL. X heeft zijn fiscale woonplaats in Nederland. Vervolgens oordeelt de rechtbank dat de Zetelverdragen met het ICC en de STL ter zake van de inkomsten geen vrijstelling kennen. Dat zou anders zijn als er sprake was van looninkomsten van het ICC, of de STL. Er is in dit geval sprake van ROW-inkomsten.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 2.14
Algemene wet inzake rijksbelastingen 4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 23 januari