Rechtbank Gelderland oordeelt dat verzwegen inkomsten uit een hennepkwekerij ook belastbaar inkomen vormen.

X heeft een hennepkwekerij in een door hem gehuurde woning en loopt tegen de lamp. De politie stelt het wederrechtelijk verkregen voordeel vast in een ontnemingsrapport en in 2017 wordt X strafrechtelijk veroordeeld. De inspecteur legt een navorderingsaanslag IB/PVV op voor 2014. In geschil is of de inspecteur terecht inkomsten uit hennepkwekerij tot het belastbaar inkomen heeft gerekend.

De rechtbank is van oordeel dat de inspecteur aannemelijk maakt dat sprake is van verzwegen inkomsten die de door X in de aangifte IB/PVV 2014 aangegeven inkomsten aanzienlijk overtreffen, waardoor er bewust een aanzienlijk bedrag aan belasting niet is geheven. Voorts is de rechtbank van mening dat de inspecteur, door te verwijzen naar de strafrechtelijke veroordeling en het ontnemingsrapport, voldoende aantoont dat de inkomsten uit de hennepkwekerij voortvloeien. De vergrijpboete acht de rechtbank ook passend en geboden, maar doordat de redelijke termijn met minder dan een half jaar is overschreden, ziet de rechtbank aanleiding de boete enigszins te verminderen. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Wet inkomstenbelasting 2001 3.1

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 7 december

32

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen