X woont in België en exploiteert een cateringbedrijf. X doet geen aangifte omdat hij van mening is dat hij niet belastingplichtig is in Nederland. De inspecteur legt over de jaren 2013 en 2014 ambtshalve aanslagen inkomstenbelasting op. X komt in bezwaar. Daarop volgt een niet-ontvankelijkverklaring wegens termijnoverschrijding. X komt daartegen in beroep, waarop de rechtbank de termijnoverschrijding verschoonbaar acht. De inspecteur moet opnieuw uitspraak doen en doet dat wederom met een niet-ontvankelijkverklaring wegens termijnoverschrijding. X gaat weer in beroep. De inspecteur dient op aandringen van de rechtbank een verweerschrift in, zonder alle op de zaak betrekking hebbende stukken in te brengen.
Rechtbank Gelderland overweegt dat het niet mogelijk is een oordeel te vormen over de grondslag van de aanslagen als het dossier niet compleet is. De inspecteur erkent dat ter zitting. Nu vaststaat dat niet alle stukken door de inspecteur zijn ingebracht, maakt de rechter de gevolgtrekkingen die hem geraden voorkomen. De rechtbank vernietigt de aanslagen.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 8:31
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 6 juli