Hof Amsterdam oordeelt dat X zijn verzoek om ambtshalve vermindering tijdig heeft ingediend. Het dient niet voor rekening van X te komen dat het kantoor is opgeheven en de doorzendservice is opgehouden.
X verzoekt de inspecteur op 30 december 2016 om de IB-aanslag 2011 ambtshalve te verminderen. X zendt zijn brief aangetekend naar het kantoor van de Belastingdienst dat op de aanslag staat vermeld: kantoor Alkmaar. Nadat X het verzoek retour heeft ontvangen, verstuurt hij het naar kantoor Hoorn. Aldaar wordt het verzoek op 18 januari 2017 ontvangen. De inspecteur verklaart het verzoek niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding.
Hof Amsterdam oordeelt dat X zijn verzoek om ambtshalve vermindering tijdig heeft ingediend. Het hof wijst er op dat X het verzoek op 30 december 2016 naar het juiste adres heeft verstuurd. Volgens het hof is niet van belang dat kantoor Alkmaar medio 2015 is opgeheven en dat de doorzendservice vanaf het betreffende postbusnummer per 2016 is opgehouden. Een en ander dient niet voor rekening van X te komen. Verder is volgens het hof ook het tijdsverloop tussen het opleggen van de aanslag en het verzoek om ambtshalve vermindering niet van belang. Het hof verwijst de zaak terug naar de rechtbank voor een inhoudelijke behandeling.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 45aa
Wet inkomstenbelasting 2001 9.6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 24 april