Het kabinet beschouwt schijnzelfstandigheid als een schijnconstructie die een zeer schadelijke ontwikkeling vormt en waartegen met kracht moet worden opgetreden. De nieuwe VAR-systematiek draagt bij in die strijd. Per 1 januari 2015 wordt de opdrachtgever namelijk medeverantwoordelijk voor de juistheid van de VAR-aanvraag.

Brief Staatssecretaris van Financiën, 23 april 2014 DB/2014/193 U

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft, samen met drie andere bewindslieden onder wie de Staatssecretaris van Financiën, een brief naar de Tweede Kamer gestuurd waarin nader wordt ingegaan op de achtergronden van het beleid om schijnzelfstandigheid aan te pakken. Het kabinet beschouwt schijnzelfstandigheid als een schijnconstructie die een zeer schadelijke ontwikkeling vormt en waartegen met kracht moet worden opgetreden. De nieuwe VAR-systematiek die 1 januari 2015 geïntroduceerd wordt, zal de balans in verantwoordelijkheden herstellen tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Momenteel blijft de opdrachtgever vaak buiten schot bij de handhaving en dat acht het kabinet onwenselijk. Per 1 januari 2015 wordt de opdrachtgever medeverantwoordelijk voor de juistheid van de VAR-aanvraag en kan hij hier, bij gebleken onjuistheid, op worden aangesproken door de Belastingdienst via naheffingen loonbelasting en premies werknemersverzekeringen, al dan niet in combinatie met een boete. Deze maatregel zal zodanig vorm worden gegeven dat bonafide opdrachtgevers en zzp'ers hiervan geen onnodige belemmeringen zullen ondervinden en dat er geen onbedoelde arbeidsmarkteffecten zullen optreden. Het kabinet staat in beginsel positief tegenover het idee van ZZP Nederland om te komen tot service-organisaties voor en door zzp'ers om rechtstreekse contractering te faciliteren. Verder deelt de minister mede dat het kabinet per direct een ambtelijke taskforce zal instellen. Die taskforce zal een gedegen analytische basis bieden voor een publieke discussie over de positie van zzp'ers op de arbeidsmarkt, de voor- en nadelen van hun fiscale behandeling en de relatie tot het arbeidsrecht en het stelsel van sociale voorzieningen en verzekeringen. Als onderdeel hiervan zal tevens bekeken worden of er zich momenteel binnen bepaalde sectoren, zoals de zorg, belemmeringen voordoen in bijvoorbeeld de arbeidstijdenwet en/of cao's, om voldoende flexibiliteit te realiseren binnen het kader van de arbeidsovereenkomst. Het kabinet zal de Kamer dit jaar de (voorlopige) uitkomsten hiervan toesturen.  

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingrecht algemeen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 25 april

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen