Hof 's-Hertogenbosch vindt dat belanghebbende bij de beoordeling van de aan haar uitgereikte facturen niet de zorgvuldigheid heeft betracht die van haar mocht worden verlangd.

Tijdens een boekenonderzoek blijkt dat Z, de adviseur van belanghebbende (X bv), facturen aan belanghebbende heeft verstrekt voor de doorbetaling van nettolonen. Z heeft hierbij ten onrechte btw in rekening gebracht. Belanghebbende heeft deze btw op haar aangiften in aftrek gebracht. De inspecteur heft de btw na bij belanghebbende. Rechtbank Breda oordeelt dat belanghebbende op de verklaringen van Z had mogen vertrouwen. De rechtbank overweegt hierbij dat belanghebbende Z – die ook de contractspartij van belanghebbende was – als adviseur had ingeschakeld vanwege het ontbreken van enige fiscale kennis. De rechtbank vernietigt de naheffingsaanslag.

Hof 's-Hertogenbosch vindt dat belanghebbende bij de beoordeling van de aan haar uitgereikte facturen niet de zorgvuldigheid heeft betracht die van haar mocht worden verlangd. Het hof overweegt hierbij dat bij de bestuurders en de boekhoudkundige medewerkster van belanghebbende enige kennis omtrent de btw mag worden verwacht. Volgens het hof hadden deze personen zich redelijkerwijs moeten realiseren dat het hier ging om de betaling van nettosalarissen aan de werknemers van belanghebbende, waarover zij geen btw was verschuldigd als zij zelf die salarissen zou hebben uitbetaald, en Z niet meer deed dan betalen voor belanghebbende. Volgens het hof moet het voor rekening van belanghebbende blijven dat uitsluitend naar de nettobedragen werd gekeken, omdat de in rekening gebrachte btw volgens belanghebbende toch kon worden afgetrokken. Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 8 november

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen