X is eigenaar van een woning die hij bewoont met zijn echtgenote. X koopt in 2008 percelen grond naast en achter de woning. Hierop is in de periode 2008 tot 2010 een accommodatie voor paarden gebouwd. De accommodatie omvat een binnenbak met stallen en een keuken met zitgelegenheid voor grotere groepen, een buitenbak, een stapmolen, diverse paddocks, een longeerbaan, zes weides en een wasplaats. In geschil is of de accommodatie is aan te merken als aanhorigheid van de eigen woning.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de accommodatie niet dienstbaar is aan de woning, zodat deze niet kwalificeert als aanhorigheid bij de eigen woning. Het bij de bouw van de accommodatie voorziene gebruik door de elders wonende dochter heeft zich nadien voortgezet. De accommodatie is daarmee in gebruik bij een ander dan de bewoner van de woning.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.111
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 13 maart