Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat voor de jonggehandicaptenkorting beslissend is of er recht bestaat op een Wajong-uitkering.

Belanghebbende, X, is geboren in 1969 en heeft een blijvende aangeboren lichamelijke handicap. Omdat X een aantal jaren in loondienst heeft gewerkt, ontvangt hij in 2010 geen Wajong-uitkering, maar een WAO-uitkering. Omdat de beperkingen van X al op zijn 17e jaar aanwezig waren, wordt hij door het UWV beschouwd als jonggehandicapt. In geschil is of X in 2010 recht heeft op de jonggehandicaptenkorting. Rechtbank Noord-Nederland meent van niet en verklaart het beroep van X ongegrond.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat voor de jonggehandicaptenkorting beslissend is of er recht bestaat op een Wajong-uitkering. Dat betekent dat personen zoals X die op grond van de wet wel recht hebben op een Wajong-uitkering, maar aan wie deze niet wordt uitgekeerd wegens samenloop met een andere uitkering, of omdat teveel ander inkomen uit arbeid wordt genoten, toch in aanmerking komen voor de jonggehandicaptenkorting. Het hof verklaart het hoger beroep van X gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 8.16a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 13 maart

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen