Aan X wordt door zijn werkgever een auto ter beschikking gesteld. In 2006 heeft de inspecteur een ‘Verklaring geen privé gebruik auto‘ aan X afgegeven. In 2012 stuurt de inspecteur een vragenbrief naar X in verband met de auto van de zaak. Omdat X niet aantoont dat hij de auto voor niet meer dan 500 km voor privédoeleinden heeft gebruikt, legt de inspecteur naheffingsaanslagen loonheffingen op. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet overtuigend heeft aangetoond dat de auto per kalenderjaar voor niet meer dan 500 km privé is gebruikt. De rechtbank overweegt daarbij dat de rittenadministratie achteraf is opgesteld, en dat er gaten zitten in de rittenadministratie. Dat het voor X, door de enorme drukte op zijn werk, onmogelijk was om dagelijks een rittenadministratie bij te houden, dient volgens de rechtbank voor zijn risico te komen. De rechtbank handhaaft de naheffingsaanslagen. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rechtbank op goede gronden een juiste beslissing heeft genomen. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 13bis
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 15 oktober