Hof Amsterdam oordeelt dat er sprake is van een objectieve en redelijke rechtvaardiging voor het verschil in behandeling tussen woningen en andere onroerende zaken betreffende het tarief voor de overdrachtsbelasting. Het tarief van 2% is ingevoerd om het eigenwoningbezit te bevorderen en de woningmarkt te stimuleren

X koopt op 22 september 2011 twee bedrijfsruimtes. Hij voldoet ter zake van deze aankoop 6% overdrachtsbelasting. X is het hier echter niet mee eens. Hij is van mening dat hij slechts 2% overdrachtsbelasting hoeft te betalen. X stelt dat er sprake is van een ongerechtvaardigde ongelijke behandeling van gelijke gevallen, doordat bij de aankoop van een woning slechts 2% overdrachtsbelasting is verschuldigd en in andere gevallen 6%.

Hof Amsterdam oordeelt dat er sprake is van een objectieve en redelijke rechtvaardiging voor het verschil in behandeling tussen woningen en andere onroerende zaken. Het hof overweegt hierbij dat uit de wetsgeschiedenis blijkt dat het tarief van 2% is ingevoerd om het eigenwoningbezit te bevorderen en de woningmarkt te stimuleren. Volgens het hof heeft de wetgever de hem op dit gebied toekomende ruime beoordelingsmarge daarmee niet overschreden. Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op belastingen van rechtsverkeer 14

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 1 september

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen