Rechtbank Den Haag oordeelt dat de waardedaling van een kampeerauto niet in gelijke mate verloopt als de waardedaling van een gesloten bestelauto. De BPM-naheffingsaanslag is dus terecht.
De heer X doet BPM-aangifte voor een kampeerauto Fiat Ducato. De aangifte is gebaseerd op een koerslijst voor een gesloten bestelauto. In geschil is de naheffingsaanslag, waarbij bij gebreke van een koerslijst voor een kampeerauto de verschuldigde BPM is berekend aan de hand van de afschrijvingstabel van art. 8 Uitvoeringsregeling BPM 1992.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de waardedaling van een kampeerauto niet in gelijke mate verloopt als de waardedaling van een gesloten bestelauto. Voor het bepalen van de waardedaling van een kampeerauto moet worden aangesloten bij de waardedaling zoals die zich in economisch verkeer bij dergelijke auto's voordoet (vgl. HR 12 mei 2017, 15/03459, V-N 2017/26.15). De naheffingsaanslag is dus terecht. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 8
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 18 februari