Hof Amsterdam oordeelt dat de uitgaven voor de theekoepel niet kwalificeren als uitgaven met betrekking tot een monumentenpand. Volgens het hof kwalificeert de theekoepel namelijk niet als (onderdeel van) een monumentenpand in de zin van de Wet IB 2001.

X is eigenaar van een woning met tuin en theekoepel. De woning is een monument. In zijn IB-aangifte 2008 brengt X kosten in aftrek in verband met de restauratie van de woning en de theekoepel. De inspecteur corrigeert de aangifte onder andere met betrekking tot de kosten van de theekoepel. Volgens de inspecteur is de theekoepel namelijk geen monument.

Hof Amsterdam oordeelt dat de uitgaven voor de theekoepel niet kwalificeren als uitgaven met betrekking tot een monumentenpand. Het hof overweegt daarbij dat van belang is of de theekoepel in het register van de Rijksdienst voor Cultureel erfgoed als zelfstandige eenheid is genoemd in de omschrijving. Nu volgens het hof vaststaat dat de theekoepel in 2008 niet afzonderlijk is omschreven in het register, kwalificeert de theekoepel niet als (onderdeel van) een monumentenpand in de zin van de Wet IB 2001. Het gelijk is aan de inspecteur. De aanslag blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.31

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 26 november

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen