X claimt in zijn IB-aangifte een aftrek van € 4310 aan specifieke zorgkosten. De inspecteur staat de aftrek niet toe. Vervolgens verklaart de huisarts van X dat hij leidt aan ondervoeding en dat reeds sinds 2010 een energieverrijkt en eiwitverrijkt dieet nodig. Naar aanleiding van deze verklaring stelt de inspecteur in hoger beroep dat X alsnog recht heeft op een aftrek van € 850 aan dieetkosten. X stelt echter dat hij ook nog recht heeft op aftrek in verband met de aanschaf van Protifar en Supradyn en de reiskosten in verband met bezoeken aan de tandarts.
Hof Amsterdam oordeelt dat de uitgaven voor Protifar en Supradyn niet aftrekbaar zijn. X maakt namelijk niet aannemelijk dat dit farmaceutische hulpmiddelen zijn die verstrekt zijn op voorschrift van een arts. Verder stelt het hof vast dat uit de verklaring van de arts blijkt dat het gebruik van deze middelen behoort tot het gevolgde dieet waarvoor X al een aftrek van € 850 geniet. Over de reiskosten merkt het hof nog op dat deze niet aftrekbaar zijn omdat X niet aannemelijk maakt dat voor deze bezoeken vervoerskosten zijn gemaakt.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17