De Hoge Raad oordeelt dat de oorspronkelijke catalogusprijs uit 2005 van toepassing is en niet de in 2009 gerealiseerde veilingprijs. Het maakt niet uit dat de auto 4,5 jaar ongebruikt in een showroom heeft gestaan.
De heer X koopt medio 2009 op een veiling een overjarige nieuwe personenauto van het merk Hyundai, type Sonata 2.4, met 174 km op de teller. De koopprijs is € 8.600, exclusief € 1.376 veilingkosten en € 1.895 BTW. X gaat in zijn BPM-aangifte voor de eerste registratie uit van de netto-catalogusprijs van € 16.769. In geschil is of dat terecht is. X stelt dat moet worden uitgegaan van de veilingprijs, aangezien de auto 4,5 jaar ongebruikt in een showroom heeft gestaan. Rechtbank Leeuwarden stelt X in het ongelijk. Hof Leeuwarden oordeelt dat de wetgever uitdrukkelijk heeft bedoeld de objectieve heffingsgrondslag slechts te willen stellen op de door de importeur of fabrikant geadviseerde verkoopprijs. X stelt vergeefs dat de waarde van de auto aanmerkelijk lager is dan de (objectieve) catalogusprijs. X gaat in cassatie.De Hoge Raad oordeelt dat de oorspronkelijke catalogusprijs uit 2005 van toepassing is en niet de later gerealiseerde veilingprijs. De omstandigheid dat in 2008 een catalogusprijs kenbaar is gemaakt voor een nieuw model van hetzelfde type auto, brengt niet mee dat de oude catalogusprijs niet langer van toepassing kan zijn. X stelt ook vergeefs dat de ‘veilingadviesprijs' als grondslag moet dienen, omdat deze prijs niet door de importeur of fabrikant bekend is gemaakt. Het beroep van X is ongegrond.
1