Hof Amsterdam oordeelt dat de kosten voor vermeend geleden schade niet in aftrek gebracht kunnen worden op de winst van een onderneming.
X drijft een eenmanszaak en verricht in die hoedanigheid IT-diensten. Daarnaast treedt X op als tolk Hongaars. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur navorderingsaanslagen IB/PVV op over de jaren 2014 en 2015. Daarnaast corrigeert hij de aangiften voor 2016 en 2017, omdat X niet elk jaar een schadevergoeding van € 24.000 ten laste van zijn winst kan brengen. X is van mening dat die kosten voortkomen uit schade die hij heeft geleden als gevolg van de handelswijze van Roemenië, waar hij als gevolg van zijn Nederlandse nationaliteit wordt gediscrimineerd en zijn werk als tolk niet naar behoren kan uitvoeren.
In hoger beroep is in geschil of X het bedrag ten laste van de winst mag brengen als geleden schade.
Hof Amsterdam oordeelt dat bij de heffing van inkomstenbelasting alleen uitgaven gedaan ten behoeve van de onderneming in mindering kunnen komen op de winst. X maakt onvoldoende aannemelijk dat dit bij de vermeend geleden schade het geval is. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 30 mei
Focus: Focus
Carrousel: Carrousel