X is het niet eens met de WOZ-waarde van haar appartement in de gemeente Vijfheerenlanden.
Hof Den Haag oordeelt dat er geen verplichting bestaat voor bestuursorganen om een afzonderlijk hoorverslag te produceren. In dit geval heeft de heffingsambtenaar in de uitspraak op bezwaar onder het kopje ‘horen’ in beknopte vorm weergegeven wat tijdens de hoorzitting naar voren is gebracht. Voor zover hiermee niet is voldaan aan art. 7:7 Awb heeft X de geuite bezwaren ook in beroep en hoger beroep naar voren kunnen brengen en daadwerkelijk gebracht, waardoor wat op de hoorzitting naar voren is gebracht in ieder geval in deze procedure is betrokken. X is niet in haar belangen geschaad, zodat, voor zover sprake is van een gebrek, dit met toepassing van art. 6:22 Awb kan worden gepasseerd. De heffingsambtenaar heeft de WOZ-waarde van het appartement aannemelijk gemaakt. Het hof verwerpt het beroep van X op het gelijkheidsbeginsel en de meerderheidsregel. X stelt dat de waarde van drie appartementen lager is vastgesteld, maar uit het overzicht van de heffingsambtenaar van alle appartementen in het complex blijkt niet dat de waarde van de meerderheid lager is vastgesteld. Het staat de heffingsambtenaar vrij enige staffeling toe te passen omdat naarmate het aantal m³ inhoud toeneemt, de waarde per m³ daalt.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:7
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 24 maart