De inspecteur legt na de eerste (negatieve) voorlopige aanslag een tweede (positieve) voorlopige aanslag IB/PVV 2018 op conform de door X ingediende aangifte. Daarbij berekent de inspecteur belastingrente. X komt tevergeefs in bezwaar en beroep. X stelt hoger beroep in, maar verschijnt niet ter zitting.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X' bezwaar tegen de tweede voorlopige aanslag IB/PVV 2018 terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Het hof behandelt de voorliggende uitspraak op bezwaar niet als een uitspraak op een herzieningsverzoek. De opening daarvoor via prorogatie kan niet worden benut door afwezigheid van X tijdens de zitting. Hoger beroep ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:1a
Wet inkomstenbelasting 2001 9.5
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 8 februari