Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de WOZ-waarde van een woning met vele bouwkundige gebreken door de gemeente te hoog is vastgesteld en vermindert deze.

X is eigenaar van een vrijstaande woning in Renkum. Aan X is een WOZ-beschikking afgegeven naar waardepeildatum 1 januari 2013 voor € 332.000. Rechtbank Gelderland verklaart het beroep ongegrond.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar de WOZ-waarde niet aannemelijk maakt. Er is onvoldoende inzichtelijk gemaakt op welke wijze de verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten kunnen worden herleid tot de verdedigde waarde. Daarbij komt nog dat niet is bestreden dat de fundering is gebroken en dat door de houtworm het houtskelet is aangetast. Niet aannemelijk is geworden dat de heffingsambtenaar met deze gebreken in voldoende mate rekening heeft gehouden. Weliswaar is rekening gehouden met de kosten voor het begassen van de woning vanwege de houtworm, maar niet aannemelijk is dat daarin de waardevermindering is begrepen ten gevolge van de schade die door de houtworm aan het houtskelet is aangericht. X maakt de waarde ook niet aannemelijk. Hij maakt niet aannemelijk dat de woning onbewoonbaar is en houdt daarom ten onrechte rekening met de kosten van sloop. Het hof stelt de waarde in goede justitie vast op € 250.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 23 februari

57

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen