Aan de heer X is op 24 oktober 2015 een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd. Het duplicaat van de aanslag heeft als dagtekening 31 december 2015. Op 28 december 2015 tekent X bezwaar aan. In geschil is of het bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard.
Rechtbank Limburg oordeelt dat de inspecteur X ambtshalve de gelegenheid had moeten bieden om aan te tonen dat de overschrijding van de bezwaartermijn verschoonbaar is. Aangezien het duplicaat van de aanslag is gedagtekend op 31 december 2015, kan niet worden uitgesloten dat X naar aanleiding van de ontvangst daarvan bezwaar heeft gemaakt. Evenmin kan worden uitgesloten dat X de aanslag op 24 oktober 2015 niet op zijn voertuig heeft aangetroffen. In dat geval begint de bezwaartermijn pas op de dag na de dagtekening van het duplicaat (zie HR 14 juli 2000, nr. 34.578, V-N 2000/36.24). Het beroep van X is gegrond. De inspecteur moet alsnog een nieuwe uitspraak op bezwaar doen.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Algemene wet bestuursrecht 6:9
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Limburg
Editie: 1 augustus