X is eigenaar van een woning. Hij vindt de WOZ-waarde te hoog. Tevens is hij het niet eens met de aanslag rioolheffing, omdat de opbrengstlimiet is overschreden. Bij de rechtbank wordt alleen tijdig beroep ingesteld tegen de WOZ-waarde. De grieven voor de rioolheffing draagt X namelijk buiten de beroepstermijn aan.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar de matrixen en grondstaffels in bezwaar moet verstrekken, omdat eiser hierom verzoekt. Omdat X na de beroepstermijn zijn grieven aandraagt voor de rioolheffing, verklaart de rechtbank het beroep op dit punt terecht niet-ontvankelijk, aldus het hof. Er is namelijk geen samenhang tussen de WOZ en de rioolheffing. De heffingsambtenaar maakt de WOZ-waarde aannemelijk. De heffingsambtenaar heeft keuzevrijheid tot het aandragen van referentiecijfers. Vereist is dat de referentieobjecten voldoende vergelijkbaar zijn. De WOZ-waarde blijft in stand. Het hof veroordeelt de gemeente in het vergoeden van proceskosten, vanwege het niet verstrekken van gegevens in bezwaar.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Algemene wet bestuursrecht 7:4
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 29 juni