Hof ’s-Hertogenbosch beslist dat de nota griffierecht terecht aan de bestuurder van belanghebbende (X) is gericht. Het verzoek om een dwangsom is terecht afgewezen. Ook krijgt X geen materiële schadevergoeding of proceskostenvergoeding, omdat niet blijkt dat X schade lijdt of beroepsmatig wordt bijgestaan.

Belanghebbende (X) heeft een verzoek om teruggave van Belgische BTW ingediend via de speciale website van de Belastingdienst. Dit verzoek is niet doorgestuurd naar de Belgische Belastingdienst. X heeft de Belastingdienst een ingebrekestelling gestuurd en verzocht om een dwangsom op te leggen. Nadat Rechtbank Zeeland-West-Brabant beslist dat de Belastingdienst het teruggaafverzoek moet doorsturen en een immateriële schadevergoeding toekent, gaat X in hoger beroep.

Volgens Hof ’s-Hertogenbosch is de nota voor het griffierecht terecht aan de bestuurder van X gestuurd, die als gevolmachtigde optreedt. Het hof wijst het verzoek om een dwangsom af, omdat de Belastingdienst binnen twee weken na de ingebrekestelling beslist op het bezwaar. X maakt niet aannemelijk dat zij materiële schade lijdt en krijgt daarvoor dus geen schadevergoeding. Recht op proceskosten bestaat slechts als X zich laat bijstaan door iemand die beroepsmatig rechtsbijstand verleent. Dat is niet aan de orde, aangezien alle stukken door X zijn gestuurd en door diens bestuurder zijn ondertekend. Bovendien blijkt niet dat de bestuurder duurzaam inkomen verwerft met het verlenen van rechtsbijstand, zodat X ook geen proceskostenvergoeding krijgt.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:17

Algemene wet bestuursrecht 8:41

Algemene wet bestuursrecht 6:17

Algemene wet bestuursrecht 8:24

Wet op de omzetbelasting 1968 33f

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 19 juli

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen