Tijdens een boekenonderzoek stelt de inspecteur vast dat Y bv ten onrechte diverse kosten in aftrek heeft gebracht. Het betreft onder andere kosten waarvan geen facturen zijn bewaard en kosten die een gemengd karakter hebben. In verband hiermee heeft de inspecteur VPB-navorderingsaanslagen aan Y bv opgelegd. Verder merkt de inspecteur de ten onrechte afgetrokken kosten aan als winstuitdelingen aan belanghebbende, X, de dga van Y bv, en legt IB-navorderingsaanslagen op aan hem. X is echter van mening dat er geen sprake is van een winstuitdeling.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat er weliswaar sprake is geweest van een bevoordeling, maar de inspecteur maakt niet aannemelijk dat er sprake is van een bewuste bevoordeling. De rechtbank hecht er daarbij belang aan dat X steeds heeft weersproken dat er sprake was van een bevoordeling, en wijst op de verklaring van X dat een verrekening had moeten plaatsvinden, dat dit ook de bedoeling was, maar dat het door een miscommunicatie met de accountant niet is gebeurd. Verder acht de rechtbank het op zichzelf begrijpelijk dat X met het verrekenen wacht op de uitkomst van de VPB-procedure, omdat daaruit volgt wat het juiste bedrag voor de verrekening is. De rechtbank vernietigt de navorderingsaanslagen.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 4.12
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 27 juni