X bv verwerft, ontwikkelt en exploiteert onroerende zaken en verricht zowel van BTW vrijgestelde als belaste prestaties. In 2006 en 2007 verkoopt X minimaal vier appartementen en een onroerende zaak. Hierbij is geen btw in rekening gebracht. De omzet die zij heeft behaald met deze verkopen, neemt zij niet mee in de pro rata berekening. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een BTW-naheffingsaanslag op aan X bv. Volgens de inspecteur moet bij de pro rata berekening namelijk wel rekening worden gehouden met de van BTW-vrijgestelde verkopen.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv bij de pro rata berekening rekening moet houden met de van BTW-vrijgestelde verkopen. X bv maakt niet aannemelijk dat de omzet buiten de pro rata berekening moet blijven. De verkopen zijn onlosmakelijk verbonden met de gebruikelijke economische activiteiten van de onderneming en maken daarvan structureel onderdeel uit. De rechtbank acht daarbij onder andere van belang dat X bv en de met haar samenwerkende groep van bv’s en aandeelhouders in gezamenlijk overleg besluiten welke bv welk pand koopt. Tevens wijst de rechtbank er op dat door de fiscale eenheid, eiseres en de andere drie bv’s vóór 2006 met enige regelmaat onroerende zaken zijn verkocht. In de periode 2006 - 2008 zijn minimaal vijf panden, vier appartementen en vier percelen grond verkocht en na 2008 zijn nog af en toe onroerende zaken verkocht. Van incidentele activiteiten is geen sprake. De naheffingsaanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 14
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 24 januari