Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het in strijd met het EU-recht is dat de btw-teruggaaf aan Sarviz wordt geweigerd, terwijl aan Skafolding het recht op aftrek van de btw wordt ontzegd omdat zij niet over een bepaald belastingdocument beschikt.

Het Duitse GST - Sarviz AG Germania (Sarviz) verricht in 2010 technische diensten en adviesdiensten voor het Bulgaarse GST Skafolding Balgaria EOOD (Skafolding). Skafolding betaalt de over de door Sarviz verrichte diensten verschuldigde btw op grond van de verleggingsregeling. Skafolding gaat er hierbij vanuit dat Sarviz niet over een vaste inrichting in Bulgarije beschikt. In 2012 legt de Bulgaarse Belastingdienst een navorderingsaanslag op aan Sarviz. Volgens de Belastingdienst beschikt Sarviz namelijk wel over een vaste inrichting in Bulgarije. Sarviz betaalt de verschuldigde btw en verzoekt vervolgens om verrekening of teruggaaf van de betaalde belasting. De Bulgaarse Belastingdienst weigert echter om de teruggaaf te verlenen. De Bulgaarse rechter heeft prejudiciële vragen in deze zaak gesteld. Hij merkt daarbij onder andere op dat de Belastingdienst heeft geweigerd om de voorbelasting aan Skafolding terug te betalen, omdat Skafoldin niet over een bepaald belastingdocument beschikt.

Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) oordeelt dat alleen Sarviz de btw is verschuldigd, aangezien zij haar diensten vanuit een vaste inrichting heeft verricht. Verder merkt het HvJ EU op dat de Bulgaarse Belastingdienst Skafolding niet als de tot voldoening van de btw gehouden persoon kan aanmerken, ook al heeft Skafolding de btw al voldaan omdat zij er ten onrechte vanuit ging dat Sarviz niet over een vaste inrichting in Bulgarije beschikte. Het HvJ EU is tenslotte nog van oordeel dat het in strijd met het EU-recht is dat teruggaaf aan Sarviz wordt geweigerd, terwijl aan Skafolding het recht op aftrek wordt ontzegd omdat zij niet over een bepaald belastingdocument beschikt.

[Bron Uitspraak]

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 28 april

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen