Belanghebbende, X, is de dga van A bv. A bv exploiteert onroerende zaken en belegt in effecten en leningen. Naar aanleiding van een boekenonderzoek corrigeert de inspecteur de VPB-aangifte 2006 van A bv. Volgens de inspecteur heeft A bv namelijk uitdelingen verricht bij enkele onroerendezaaktransacties met de (klein)kinderen van X. De inspecteur neemt de uitdelingen in aanmerking bij X. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat A bv uitdelingen heeft verricht bij enkele onroerendezaaktransacties met de (klein)kinderen van X. De inspecteur heeft dan ook terecht correcties doorgevoerd. De rechtbank stelt nog wel vast dat de inspecteur bij het corrigeren van de aangifte is uitgegaan van te hoge waarden van de onroerende zaken. De rechtbank vermindert de aanslag.
Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 25 september 2014, 13/00828, V-N 2014/63.2.2) oordeelt dat A bv onzakelijk heeft gehandeld bij de transacties met de onroerende zaken. Er is sprake van verkapte winstuitdelingen. De inspecteur heeft dan ook terecht de uitdeling bij X belast als regulier voordeel uit aanmerkelijk belang. Volgens het hof heeft de inspecteur echter te hoge correcties doorgevoerd. Het hof volgt vervolgens de door de rechtbank vastgestelde waarden voor de onroerende zaken. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 4.12