Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X geen recht heeft op toepassing van de alleenstaande ouderkorting voor A. A staat in 2012 namelijk niet langer dan zes maanden op hetzelfde woonadres ingeschreven als X. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

A, de zoon van belanghebbende, X, verblijft vanaf 22 juni 2012 op het woonadres van X. A staat echter van 31 december 2010 tot en met 19 november 2012 ingeschreven op een ander adres. X is van mening dat hij recht heeft op toepassing van de alleenstaande ouderkorting.

Hof 's-Hertogenbosch (EK I, 2 juni 2017, 16/00225, V-N Vandaag 2017/1700) oordeelt dat X geen recht heeft op toepassing van de alleenstaande ouderkorting. Het hof wijst er daarbij op dat niet aan de voorwaarden voor deze korting is voldaan, omdat A in 2012 niet langer dan zes maanden op hetzelfde woonadres staat ingeschreven als X. Verder merkt het hof nog op, onder verwijzing naar de jurisprudentie van de Hoge Raad, dat niet van belang is dat A sinds 22 juni 2012 feitelijk bij X verblijft. Het gelijk is aan de inspecteur.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 8.15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 1 december

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen