Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat rijnvarende X niet premieplichtig is in Nederland voor de volksverzekeringen.  

Belanghebbende, X, drijft een binnenvaartonderneming in de vorm van een eenmanszaak. In geschil is of X in Nederland belastingplichtig is voor de inkomstenbelasting en premieplichtig voor de volksverzekeringen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat rijnvarende X niet premieplichtig is in Nederland voor de volksverzekeringen. De binnenvaartonderneming heeft, hoewel X in Nederland woont, in Duitsland haar zetel als bedoeld in art. 11 Rijnvarendenverdrag. Bij gebrek aan een haven die duidelijk de thuishaven van het schip is, gaat het erom met welk land de binnenvaartonderneming de sterkste band heeft gelet op alle omstandigheden van het geval. Nagenoeg alle relevante omstandigheden wijzen volgens de rechtbank op een band met Duitsland. Dat Hof ‘s-Gravenhage in procedures van twee bemanningsleden heeft geoordeeld dat de binnenvaartonderneming haar zetel in Nederland heeft, doet aan de conclusie niet af, aangezien elke procedure op zichzelf staat. Voor de inkomstenbelasting is X wel belastingplichtig in Nederland omdat X een eigen woning heeft in Nederland waarin hij samenwoont met zijn partner. Het belastingverdrag tussen Nederland en Duitsland brengt daar geen verandering in.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 2.1

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Algemene Ouderdomswet 6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Premieheffing

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 24 maart

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen