Belanghebbende, X, is eigenaar van een woning in de gemeente Nuenen, Gerwen en Nederwetten. X woont daar permanent, ofschoon er op de woning een recreatiebestemming rust. Op 30 juli 2012 schrijft de gemachtigde van X een brief aan de gemeenteraad met daarin de zienswijze van X met betrekking tot het ontwerp bestemmingsplan. Op 20 december 2012 sommeert de gemachtigde van X B. en W. om alsnog te beslissen op deze brief. Op 4 januari 2013 vraagt B. en W. aan de gemachtigde of de brief van 30 juli 2012 moet worden opgevat als een aanvraag voor vaststelling van een bestemmingsplan. Als de gemachtigde niet reageert, besluit B. en W. het verzoek van X als zodanig te beschouwen. B. en W. legt de brief als aanvraag voor aan de gemeenteraad. In verband met het in behandeling nemen van deze aanvraag legt de heffingsambtenaar aan X een aanslag leges op van € 3415.
Rechtbank Oost-Brabant vernietigt de aan X opgelegd legesaanslag. Volgens de rechtbank ontbreekt in dit geval het belastbaar feit, omdat de heffingsambtenaar de zienswijze van X op het ontwerpbestemmingsplan ten onrechte (mede) heeft opgevat als een verzoek om herziening van het vigerende bestemmingsplan. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Oost-Brabant
Editie: 28 november