Volgens Rechtbank Midden-Nederland is er geen reden de legesverordening onverbindend te verklaren op grond van het enkele feit dat de gehanteerde normkosten aanzienlijk hoger zijn dan de werkelijke bouwkosten.

Belanghebbende, X, komt in beroep tegen een legesaanslag van € 57.131,57. X is het er niet mee eens dat de legesaanslag op basis van normkosten is opgelegd. Zij stelt dat de werkelijke bouwkosten van haar project een stuk lager zijn.

Volgens Rechtbank Midden-Nederland is er geen reden de legesverordening onverbindend te verklaren op grond van het enkele feit dat de gehanteerde normkosten aanzienlijk hoger zijn dan de werkelijke bouwkosten. De gemeentewetgever heeft een hoge mate van vrijheid bij het vaststellen van een heffingsmaatstaf. Volgens jurisprudentie leidt het vaststellen van normatieve bouwkosten op bedragen die ongeveer 50% hoger zijn dan de normkosten die voortvloeien uit marktgegevens op zichzelf niet tot het oordeel dat de belastingrechter moet ingrijpen. De verhoging van alle tarieven in de legesverordening met 1% is niet onredelijk en er zijn geen andere aanknopingspunten voor het oordeel dat de legesverordening onverbindend zou zijn. De rechtbank verklaart het beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

Editie: 25 april

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen