Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat het de verantwoordelijkheid is van degene die een dwangsom vordert om een duidelijke ingebrekestelling in te dienen. De door X ingediende ingebrekestelling maakt onvoldoende duidelijk op welke aanvraag deze betrekking heeft omdat daarin het referentienummer van het bezwaar van zijn broer is vermeld. Deze fout komt voor rekening en risico van X.

X stelt de inspecteur in gebreke en noemt daarin het referentienummer van een bezwaar van zijn broer, zijnde zijn fiscaal partner. In geschil is of X recht heeft op een dwangsom wegens het niet-tijdig beslissen op het bezwaarschrift. De inspecteur stelt dat de ingebrekestelling niet te herleiden is tot het bezwaar van X vanwege het onjuiste referentienummer en het ontbreken van het BSN van X.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat het de verantwoordelijkheid is van degene die een dwangsom vordert om een duidelijke ingebrekestelling in te dienen. De door X ingediende ingebrekestelling maakt onvoldoende duidelijk op welke aanvraag deze betrekking heeft omdat daarin het referentienummer van het bezwaar van zijn broer is vermeld. Deze fout komt voor rekening en risico van X. Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat de inspecteur in redelijkheid ervan uit kon gaan dat de ingebrekestelling namens de broer was ingediend en dat de inspecteur niet gehouden was om een machtiging te vragen. De inspecteur heeft niet onzorgvuldig gehandeld. X heeft geen recht op een dwangsom.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:17

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 21 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

271

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen