Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de kosten van het vernieuwen van walbeschoeiing niet leiden tot verlaging van de WOZ-waarde van de woning van X.

X is eigenaar van een vrijstaande woning gelegen aan het water. In geschil is of de gemeente Súdwest-Fryslân de WOZ-waarde 2012 niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de kosten van het vernieuwen van walbeschoeiing niet leiden tot verlaging van de WOZ-waarde van de woning. Het hof is van oordeel dat, ervan uitgaande dat deze kosten inderdaad volledig voor rekening van X komen, er sprake is van onderhoudskosten. X heeft ter zitting verklaard dat onderhoud in de komende vijf jaren nog niet nodig is. Dit betekent dat op de waardepeildatum in ieder geval nog negen jaar geen sprake zou zijn van noodzakelijk onderhoud. Gelet hierop is het hof van oordeel dat de heffingsambtenaar bij zijn taxatie voldoende rekening heeft gehouden met de onderhoudstoestand van de woning, inclusief de toestand van de walbeschoeiing. Van achterstallig onderhoud op de toestandsdatum is het hof niet gebleken. Het hof oordeelt dat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 19 november

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen