Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de door Vodafone ontvangen bedragen in verband met de voortijdige beëindiging van een minimumcontract als vergoeding voor een dienst die onder bezwarende titel wordt verricht, moeten worden aangemerkt.

Vodafone Portugal – Comunicações Pessoais, S.A. verleent diensten op het gebied van elektronische communicatie, vaste telefonie en draadloze internettoegang. Vodafone sluit contracten af met haar cliënten waarbij een minimumcontractduur geldt, in ruil voor gunstige commerciële voorwaarden. Wanneer cliënten de minimumcontractduur niet naleven, brengt Vodafone een bedrag in rekening. Vodafone is het er niet mee eens dat over deze bedragen BTW moet worden afgedragen. De Portugese rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de door Vodafone ontvangen bedragen in verband met de voortijdige beëindiging van een minimumcontract als vergoeding voor een dienst die onder bezwarende titel wordt verricht, moeten worden aangemerkt. Daarbij is van belang dat de cliënt gunstige commerciële voorwaarden krijgt bij een minimumcontractduur en dat het aan de cliënt is te wijten dat het contract voortijdig wordt beëindigd.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting

Editie: 12 juni

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen