Rechtbank Gelderland oordeelt dat de heer X niet aannemelijk maakt dat zijn taxateur van een verkeerde koerslijst is uitgegaan. Bovendien is bij de aangifte geopteerd voor het gebruik van een taxatierapport, zodat er geen ruimte is voor een correctie vanwege de gekozen koerslijst.

De heer X doet BPM-aangifte voor vier gebruikte auto's. Na bezwaar krijgt X teruggaven wegens het niet van toepassing zijn van de 12%-regeling. De hoogte van de verschuldigde BPM is uiteindelijk nog voor slechts één auto in geschil. X stelt dat deze BPM moet worden verminderd omdat aan de taxatie een koerslijst voor btw-auto's ten grondslag lag waarbij de datum van deel 1A gelijk is aan de datum eerste toelating. Voorts is de koerslijst voor margeauto's gunstiger.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat zijn taxateur van een verkeerde koerslijst is uitgegaan. Bovendien is bij de aangifte geopteerd voor het gebruik van een taxatierapport, zodat er geen ruimte is voor een correctie vanwege de gekozen koerslijst. Partijen zijn het er wel over eens dat de vermindering na bezwaar voor drie auto's te laag was. De schadevergoeding wegens geleden renteverlies moet worden vastgesteld conform de uitspraak van 11 februari 2016, nr. 15/2573. Er moet dus rente worden vergoed over het tijdvak dat begint op de dag na die van de onverschuldigde betalingen en berekend naar de toepasselijke AWR-rentevoet. De beroepen van X zijn gegrond. X heeft recht op een immateriële schadevergoeding wegens het overschrijden van de redelijke termijn. In casu wordt de redelijke termijn verlengd met 21 maanden, aangezien de gemachtigde van X een groot aantal bezwaren had ingediend en het overleg met de inspecteur hierover veel tijd heeft gevergd. De redelijke termijn is daarom met slechts met een half jaar overschreden. Aangezien de onderhavige vier beroepen gelijktijdig zijn behandeld, wordt X voldoende wordt gecompenseerd door een vergoeding van € 1000. X heeft voorts recht op bezwaarkosten van € 54,50 per geval en krijgt voor de samenhangende beroepen één forfaitaire proceskostenvergoeding.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 28c

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 21 maart

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen