Hof Den Haag oordeelt in navolging van Rechtbank Noord-Holland dat X als houder van een parkeervergunning voldoende door de gemeente is geïnformeerd dat hij niet altijd overal mocht parkeren.

X beschikt over een (digitale) parkeervergunning van de gemeente Haarlem. Aan hem is een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd in verband met parkeren op de Keizerstraat. X stelt dat hij er vanuit mocht gaan dat de parkeervergunning geldt in de gehele binnenstad van Haarlem en dat de gemeente onvoldoende kenbaar heeft gemaakt dat dit niet het geval is.

Hof Den Haag oordeelt in navolging van Rechtbank Noord-Holland dat X als houder van een parkeervergunning voldoende door de gemeente is geïnformeerd dat hij niet altijd overal mocht parkeren. De parkeervergunning van X is niet geldig op de plaats waar de auto geparkeerd stond. Dit betekent dat X parkeerbelasting moest betalen en dat, nu X dat niet gedaan heeft, de gemeente terecht een naheffingsaanslag heeft opgelegd. De gemeente heeft X per brief geïnformeerd dat er aan het parkeren met de vergunning voorwaarden zijn verbonden. Die voorwaarden zijn te lezen op internet. Dat X deze voorwaarden niet heeft geraadpleegd komt voor zijn rekening en risico. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 225

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 11 november

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen