Het HvJ EU oordeelt dat de Portugese uitzendheffing in de maatstaf van heffing van de btw over de diensten inzake de uitzending van commerciële reclame moet worden opgenomen. Volgens het HvJ EU valt de uitzendheffing namelijk onder het begrip ‘belastingen, rechten en heffingen'.

Het Portugese TVI Televisão Independente SA verricht diensten op het gebied van commerciële reclame voor meerdere adverteerders. De adverteerders zijn een uitzendheffing van 4% verschuldigd voor de uitgezonden reclame. TVI moet de uitzendheffing innen en afdragen. In de facturen die TVI aan de adverteerders uitreikt, is de uitzendheffing begrepen. De uitzendheffing is ook begrepen in de maatstaf van heffing voor de btw. In geschil is of de uitzendheffing in de maatstaf van heffing moet worden opgenomen. De Portugese rechter heeft prejudiciële vragen in deze zaak gesteld.

Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) oordeelt dat de Portugese uitzendheffing in de maatstaf van heffing van de btw over de diensten inzake de uitzending van commerciële reclame moet worden opgenomen. Het HvJ EU overweegt daarbij dat het belastbare feit voor de uitzendheffing overeenstemt met dat voor de btw over de diensten inzake de uitzending van commerciële reclame. De uitzendheffing wordt volgens het HvJ EU namelijk verschuldigd zodra de diensten zijn verricht, en wordt slechts verschuldigd indien dergelijke diensten zijn verricht. Het HvJ EU stelt hierbij vast dat de uitzendheffing valt onder het begrip ‘belastingen, rechten en heffingen'.

Wetsartikelen:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 79

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 78

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 73

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 6 december

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen