Belanghebbende, X, is het niet eens met een aanslag reclamebelasting die de gemeente Almelo hem heeft opgelegd. De aanslag is opgelegd naar het tarief behorend bij centrumgebied B.
Rechtbank Overijssel vernietigt de aanslag reclamebelasting van een ondernemer in de Grotestraat in Almelo. De rechtbank verwijst naar de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 8 april 2014, nrs. 13/00583 en 13/00584, V-N 2014/36.24.11. In die uitspraak oordeelde het hof dat er geen objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat voor de beperking van de reclamebelasting tot een deel van de gemeente Almelo. Ook in de onderhavige procedure oordeelt de rechtbank dat de gemeente voor wat betreft gebied B niet aannemelijk heeft gemaakt dat er een objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat voor de beperking. De gemeente heeft niet aannemelijk gemaakt dat de ondernemers in dit gebied meer profijt hebben van evenementen in het centrum van Almelo dan ondernemers buiten dat gebied. Verder is niet gebleken van activiteiten en voorzieningen in het deel van de Grotestraat waar het pand van X is gelegen die daadwerkelijk gefinancierd worden met de opbrengst van de reclamebelasting, behoudens twee snoeren sfeerverlichting blijkens de overgelegde kaart. De rechtbank is evenmin overtuigd van de stelling dat dit deel van de Grotestraat is aan te merken als een aanloopstraat dan wel valt onder de Detailhandel structuurvisie. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Overijssel
Editie: 6 november