Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat voor de heffing van forensenbelasting de afstand tussen het hoofdverblijf en de vakantiewoning niet van belang is.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een vakantiewoning in de gemeente Schouwen-Duiveland. Haar hoofdverblijf heeft X in een gemeente die ligt naast de gemeente Schouwen-Duiveland. X bestrijdt de aanslag forensenbelasting 2016 van de gemeente Schouwen-Duiveland. Volgens X kan het nooit de bedoeling van de wetgever zijn geweest om forensenbelasting te heffen van eigenaren van een vakantiewoning die op kleine afstand van het hoofdverblijf, maar in een andere gemeente, is gelegen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat voor de heffing van forensenbelasting de afstand tussen het hoofdverblijf en de vakantiewoning niet van belang is. De verordening van de gemeente Schouwen-Duiveland noch de Gemeentewet biedt de mogelijkheid om heffing van forensenbelasting achterwege te laten indien de vakantiewoning op korte afstand is gelegen van het in een andere gemeente gelegen hoofdverblijf. Voor het standpunt dat de wetgever de heffing van forensenbelasting in een geval als het onderhavige onwenselijk acht, vindt de rechtbank geen steun in de wetsgeschiedenis. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 223

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 7 juli

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen