Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X niet slaagt in het tegenbewijs dat hij de auto slechts één dag heeft gebruikt. De boete wordt verminderd tot 50%, omdat de verhoging in de jaren '70 van de vorige eeuw tot 100% verband hield met de toen doorgaans geringe MRB-bedragen.
X is afkomstig uit Bulgarije en woont sinds 2017 officieel in Nederland. Op zondag 5 april 2020 om 04:01 uur wordt geconstateerd dat X in een auto met Bulgaars kenteken rijdt op de Prins Hendrikkade in Amsterdam. X verklaart tegenover de politie dat de auto van zijn vader is en eigenlijk weer terug moet naar Bulgarije. In geschil is de (uiteindelijke) MRB-naheffingsaanslag over 16 augustus 2019 tot en met 4 april 2020, alsmede de 100% verzuimboete van € 1278.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X niet slaagt in het tegenbewijs dat hij de auto slechts die ene dag heeft gebruikt. De verklaring van zijn vader, die de auto sinds 16 augustus 2019 op zijn naam heeft staan, is daartoe namelijk veel te vaag. De naheffing is terecht en deze is niet te hoog. De boete wordt wel verminderd tot 50%. De inspecteur stelt vergeefs dat volgens de wetgever een boete van 100% altijd gerechtvaardigd is. De wetsgeschiedenis biedt aanknopingspunten voor een lager percentage. In de jaren '70 van de vorige eeuw is het percentage van 50% verhoogd tot 100% vanwege de toen doorgaans geringe MRB-bedragen. Een boete van € 1278 is niet gering meer. Het beroep van X is deels gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 37
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 34
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 13
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 28 april