Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gemeente baggerkosten en kosten voor het onderhoud van de oevers mocht verhalen via de rioolheffing.

Belanghebbende, X, is een woningcorporatie. X stelt dat de aan haar opgelegde aanslagen rioolheffing vernietigd moeten worden wegens overschrijding van de opbrengstlimiet. Rechtbank Overijssel oordeelt dat de heffingsambtenaar niet de vereiste inlichtingen heeft verstrekt over de baggerkosten. Dat brengt, aldus de rechtbank, mee dat niet kan worden beoordeeld in hoeverre de baggerkosten dienden ter dekking van kosten waarvoor de rioolheffing mocht worden geheven. De rechtbank concludeert dat de verordeningen 2013, 2014 en 2015 onverbindend zijn wegens overschrijding van de opbrengstlimiet. De gemeente gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gemeente baggerkosten en kosten voor het onderhoud van de oevers mocht verhalen via de rioolheffing. In hoger beroep heeft de heffingsambtenaar voldoende nadere inlichtingen verstrekt waarom de gemeente de baggerkosten en kosten voor het onderhoud van de oevers heeft gemaakt voor de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater. Hij heeft verder voldoende toegelicht welke kosten worden toegerekend, dat de toerekening van de kosten elk jaar consistent is en welke keuzes zijn gemaakt bij de gehele of gedeeltelijke toerekening van kosten. Dit is voor het hof voldoende. Het hof verwerpt verder het standpunt van X dat de gemeente de omzetbelasting niet in de kostenraming heeft begrepen en dat zij niet achteraf kosten kan aandragen ter onderbouwing van de stelling dat de opbrengstlimiet niet is overschreden, terwijl die kosten nimmer tot de geraamde lasten in de gemeentebegroting hebben behoord.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 228a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 14 maart

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen