De heffingsambtenaar stelt bij beschikking van 28 februari 2018 de waarde van het appartement van X vast op € 394.000. In geschil is de WOZ-waarde. X beroept zich op het gelijkheidsbeginsel (de meerderheidsregel). De heffingsambtenaar stelt dat de vastgestelde waarde niet te hoog is. Ter onderbouwing wijst hij op het eigen aankoopcijfer.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat belanghebbende, X, aannemelijk maakt dat de appartementen waarop hij wijst identiek zijn aan zijn eigen appartement. De heffingsambtenaar heeft bij deze 18 identieke appartementen verschillende WOZ-waarden vastgesteld. Bij een meerderheid van deze appartementen is een lagere WOZ-waarde vastgesteld dan bij het appartement van X. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt en de meerderheidsregel wordt toegepast. De rechtbank vermindert de WOZ-waarde naar € 375.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 13 mei