Belanghebbende, X, is dga van A bv. A bv heeft de loonheffing van € 7159 over het salaris van X niet afgedragen. De inspecteur heft de niet-afgedragen loonheffing na bij A bv. De inspecteur corrigeert de IB-aangifte van X. Volgens de inspecteur kan X namelijk slechts € 2615 aan voorheffing verrekenen en niet € 7159.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat X € 7159 aan loonheffing mag verrekenen. De rechtbank wijst hierbij op de jurisprudentie van de Hoge Raad. Op grond van deze jurisprudentie komt, naast de ingehouden LB, ook het bedrag aan LB dat van A bv ter zake van het in de aanslag begrepen loon is nageheven, voor verrekening in aanmerking. De rechtbank honoreert vervolgens nog wel het beroep van de inspecteur op toepassing van interne compensatie. De inspecteur had namelijk gesteld dat het gebruikelijk loon moet worden verhoogd naar € 40.000. De aanslag blijft daarom in stand.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 9.2
Wet op de loonbelasting 1964 12a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 21 juli