De geheimhoudingskamer van Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de inspecteur grotendeels terecht om geheimhouding verzoekt. Het betreft stukken die geen verband houden met de beroepsgronden en interne e-mails van de Belastingdienst met concept-stukken, waarvan de definitieve stukken al ongeschoond in het dossier zitten.

Aan X is een groot aantal VPB-(navorderings)aanslagen opgelegd. In beroep overlegt de inspecteur drie verhuisdozen met ordners als gedingstukken. In geschil is of de inspecteur voor negen ordners terecht een geheimhoudingsverzoek doet.

De geheimhoudingskamer van Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de inspecteur grotendeels terecht om geheimhouding verzoekt. Voor de meeste stukken is namelijk geen verband met de beroepsgronden inzake het vertrouwensbeginsel en/of de aanwezigheid van een ambtelijk verzuim. Een aanzienlijk deel heeft voorts betrekking op interne e-mails met concept-stukken, waarvan de definitieve stukken al ongeschoond in het dossier zitten. Voor een aantal stukken – waaronder een memo over de willekeurige afschrijving van een motorschip – gaat volledige geheimhouding te ver en volstaat het weglakken van de strategische passages. De inspecteur wordt in de gelegenheid gesteld deze versies alsnog te overleggen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:29

Algemene wet bestuursrecht 8:42

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 7 juni

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen