Mevrouw X is actrice en geniet in 2014 naast winst uit onderneming ook loon en resultaat uit overige werkzaamheden. Volgens X noopt het absorptiecriterium c.q het gelijkheidsbeginsel er toe dat meer loon kwalificeert als winst uit onderneming. Vanaf 1995 zou de gemachtigde dit namelijk ook voor honderden andere artiesten met loondienstverbanden voor elkaar hebben gekregen.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat dit qua afspraken en dergelijke vergelijkbare gevallen zijn (vgl. Hof Amsterdam 29 mei 2018, 17/00290, V-N 2018/41.25.6). Voor zover het wel vergelijkbare gevallen zijn, maakt X niet aannemelijk dat in de meerderheid daarvan loonbestanddelen kwalificeerden tot winst uit onderneming. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.1
Wet inkomstenbelasting 2001 2.14
Wet inkomstenbelasting 2001 3.5
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 13 juli