Volledig door de Staat beheerste publiekrechtelijke rechtspersonen krijgen voor de toepassing van de VPB-vrijstelling voor interne activiteiten en de quasi-inbestedingsvrijstelling dezelfde behandeling als de privaatrechtelijke overheidslichamen van een publiekrechtelijke rechtspersoon.

De Staatssecretaris van Financiën gaat dit wettelijk regelen en keurt dit alvast goed. Wel gelden er voorwaarden.

Ook is er nu in de VPB-onderwijsvrijstelling een goedkeuring voor rechtstreeks betaalde verplichte ouderbijdragen ten behoeve van het internationaal onderwijs. Deze worden aangemerkt als toegelaten financieringsmiddel voor de bekostigingseis. Er geldt een overgangsmaatregel voor ouderbijdragen die niet rechtstreeks, maar via een aparte stichting worden betaald.

Deze twee goedkeuringen lopen vooruit op aanpassingen van de wet. Het besluit treedt in werking op 20 juli 2019 en wel met terugwerkende kracht tot en met boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 22 juli

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen