X doet aangifte dividendbelasting, maar laat vervolgens na de verschuldigde belasting tijdig af te dragen. De inspecteur legt een naheffingsaanslag op met een verzuimboete en belastingrente. In geschil is of de verzuimboete en de belastingrente terecht en tot het juiste bedrag zijn vastgesteld. X stelt dat door een hectische periode in het bedrijf de belasting niet tijdig is afgedragen en beroept zich op afwezigheid van alle schuld.
Het hof is van oordeel dat door slechts te stellen dat er een hectische periode binnen het bedrijf was, X niet aannemelijk maakt dat sprake is van afwezigheid van alle schuld. Voorts overweegt het hof dat zowel de boete als de rente zijn opgelegd conform de wettelijke voorschriften, en dat er geen sprake is van een bijzondere situatie waarin de inspecteur had moeten afzien van de berekening van belastingrente. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Dividendbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 11 oktober