Hof Den Haag oordeelt dat de heffingsambtenaar van de gemeente Den Haag de WOZ-waarden van de twee woningen van X niet te hoog heeft vastgesteld.

X is eigenaar van twee tussenwoningen in de gemeente Den Haag. In geschil is de WOZ-waarde van deze woningen op de waardepeildatum 1 januari 2010.

Hof Den Haag oordeelt dat de heffingsambtenaar van de gemeente Den Haag de WOZ-waarden van de twee woningen van X niet te hoog heeft vastgesteld. De eerste woning heeft X op 5 juli 2010 gekocht voor een bedrag van € 320.000. Een WOZ-waarde van € 300.000 op 1 januari 2010 is dan niet te hoog, nu X niet aannemelijk maakt dat de aankoopsom afwijkt van de waarde in het economische verkeer van de woning. De WOZ-waarde van de tweede woning is met € 243.000 evenmin te hoog. Dit blijkt uit verkoopcijfers van vergelijkbare woningen, en tevens uit de eigen verkoopprijs van € 237.500 op 15 september 2011. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 2 december

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen