Hof ’s-Hertogenbosch acht aannemelijk dat X een hogere winst uit onderneming heeft genoten dan hij heeft aangegeven in de aangiften IB/PVV 2011 en 2012. De voorlopige aanslagen zijn, met uitzondering van die voor 2011, tot de juiste bedragen aan X opgelegd.

Belanghebbende, X, is gehoord door de politie. Op basis van verklaringen die X tijdens dit verhoor heeft afgelegd over zijn inkomen legt de inspecteur aan X voorlopige aanslagen IB/PVV en Zvw op naar een winst voor ondernemersaftrek van € 50.000.

Hof ’s-Hertogenbosch acht aannemelijk dat X een hogere winst uit onderneming heeft genoten dan hij heeft aangegeven in de aangiften IB/PVV 2011 en 2012. Dit op basis van verklaringen die X heeft afgelegd tijdens een politieverhoor, alsook op basis van overige verklaringen en gegevens overgelegd door X. De achteraf opgestelde administratie is niet betrouwbaar. Over 2013 zijn geen concrete gegevens bekend. Het hof volgt de door de inspecteur vastgestelde winst uit onderneming over 2012 en 2013 en vermindert de winst uit onderneming over 2011 omdat daarin de effecten van de crisis onvoldoende zijn verdisconteerd. Het hof acht aannemelijk dat de winst voor ondernemersaftrek over dat jaar € 30.000 is. Het hoger beroep van X dus gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.8

Algemene wet inzake rijksbelastingen 13

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 20 november

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen