Rechtbank Den Haag oordeelt dat X de taxatiekosten in redelijkheid heeft gemaakt. De hoogte van de kosten is niet redelijk en dus stelt de rechtbank zelf een redelijke vergoeding vast.

X maakt bezwaar tegen een WOZ-beschkking en een aanslag onroerendezaakbelasting. X laat het object, een kinderdagverblijf, taxeren door een taxateur. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar gegrond wegens een verkeerde objectafbakening en vernietigt de aanslag. X ontvangt een proceskostenvergoeding bestaande uit een vergoeding van de kosten van professionele rechtsbijstand maar ontvangt geen vergoeding voor het taxatierapport. In geschil is de hoogte van de in bezwaar toegekende kostenvergoeding.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat ten onrechte geen vergoeding van de taxatierapportkosten is toegekend aan X. Bij de toekenning van een kostenvergoeding voor een taxatierapport opgesteld door een taxateur gaat het erom dat sprake is van kosten die een belanghebbende redelijkerwijs heeft moeten maken. In een zaak waarin de waardevaststelling van de WOZ-waarde een rol speelt, is het redelijk om een deskundige in te schakelen voor het opstellen van een taxatierapport. Niet van belang is of het rapport heeft bijgedragen aan de beslissing om de aanslag te vernietigen. De rechtbank acht de kosten van het opstellen van een taxatierapport, berekend naar vier arbeidsuren en een tarief van € 130, niet redelijk. De rechtbank stelt de vergoeding vast op twee uur tegen een tarief van € 130 verhoogd met 21% omzetbelasting. X heeft geen recht op een vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn. Het beroep is gegrond. 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Besluit proceskosten bestuursrecht 1

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 11 juli

54

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen