X koopt in de loop van 2016 een woning. Volgens het koopcontract komt de OZB over dat jaar naar rato van tijd voor rekening van X. Bij de gemeente vraagt X om een WOZ-beschikking ex. art. 28 Wet WOZ (medebelanghebbendebeschikking). De heffingsambtenaar weigert deze beschikking, maar verstrekt wel een beschikking ex. art. 26 Wet WOZ (beschikking nieuwe belanghebbende) met als ingangsdatum 1 augustus 2016. X gaat in beroep. Het belang van X is daarin gelegen dat een beschikking ex. art. 28 Wet WOZ anders dan een beschikking ex. art. 26 Wet WOZ wel terugwerkt tot 1 januari van het jaar.
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat het belang van X bij tijdsevenredige vermindering van de heffing van OZB voor zijn nieuwe woning voldoende belang is om aanspraak te maken op een medebelanghebbendebeschikking ex. art. 28 Wet WOZ. Het hof draagt de heffingsambtenaar op om X alsnog een dergelijke medebelanghebbendebeschikking te verstrekken. Het gelijk is aan X.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 28
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 21 januari