Rechtbank Overijssel oordeelt dat de uitspraak op bezwaar van de Belastingdienst de toets der kritiek niet kan doorstaan. De uitspraak is met veel haast genomen om een dwangsom te voorkomen en zonder een goede inhoudelijke behandeling. Daarmee heeft de fiscus gehandeld in strijd met het verbod van détournement de pouvoir.
Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen de definitieve berekening van de zorg- en huurtoeslag over 2016. Op 2 januari 2018 verklaart de Belastingdienst/Toeslagen het bezwaar ongegrond. Nadat X beroep heeft ingesteld, herziet de Belastingdienst op 9 mei 2018 de uitspraak op bezwaar.
Rechtbank Overijssel oordeelt dat de uitspraak op bezwaar van de Belastingdienst de toets der kritiek niet kan doorstaan. De uitspraak is met veel haast genomen om een dwangsom te voorkomen. De Belastingdienst heeft niet beoogd te komen tot een volwaardige en volledige heroverweging van de bezwaren van X. Daarmee heeft de fiscus gehandeld in strijd met het verbod van détournement de pouvoir. De rechtbank vernietigt de uitspraak op bezwaar en oordeelt dat X in aanmerking komt voor een dwangsom wegens niet tijdig beslissen die, gelet op art. 12 Awir, wordt gemaximeerd tot € 100. De Belastingdienst is X voor de huurtoeslag al volledig tegemoet gekomen. Voor de zorgtoeslag is de Belastingdienst niet aan X tegemoet gekomen en naar het oordeel van de rechtbank is dit terecht.
Lees ook de thema's Bezwaar: het gesloten stelsel van rechtsbescherming en Beroep: rechtsbescherming door de belastingrechter
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:11
Algemene wet bestuursrecht 4:17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet
Instantie: Rechtbank Overijssel
Editie: 24 september